“Ik moet grinniken als ik aan het, opnieuw, verbaasde gezicht van mijn collega denk toen hij mij vroeg wat wij in Nederland in onze tuin laten groeien en ik hem vertel dat dit vaak gewoon bloemen en struiken zijn en er vaak meer een beetje voor ‘de leuk’ wat groente verbouwd wordt.”
Terwijl ik wat stof wegveeg denk ik er weer aan. “Kom naar Mij toe…” Op dit moment heb ik er de woorden niet voor, de energie is er niet om alles in een geordend gebed voor Hem neer te leggen. Maar ik mag weten dat ook mijn zuchten gehoord worden. Ook mijn stille tranen en gebeden zonder woorden zijn bij Hem bekend. En terwijl ik voortploeter in de woestijn weet ik dat God mij ziet.